Asbest, OPS of schildersziekte, kwartsstof, Chroom-6: gevaarlijke stoffen waaraan mensen in hun werk zijn blootgesteld. Zonder zich toen al druk te maken over de langetermijneffecten van beroepsziekten. Dat is nu wel anders. Wat zijn de juridische aspecten bij gevaarlijke stoffen op het werk? Hoe moet je als organisatie en als Risk & Insurance Manager nu al omgaan met toekomstige risico’s (knowing the unknown)?
Studiemiddag 'asbest en beroepsziekten'
Het thema leeft, ook binnen de NARIM-populatie. Dat bleek tijdens een studiemiddag van de NARIM-kenniscentra Aansprakelijkheid (Titus Tiel Groenestege) en Claims (Dineke van den Eshof). Afgelopen jaar werd een eerste bijeenkomst over 'asbest en beroepsziekten' druk bezocht en dat was nu weer het geval. Advocaat en specialist Natalie Vloemans van Ploum belichtte de juridische aspecten, directeur Jan Warning ging in op de bemiddeling van het IAS, het Instituut Asbestslachtoffers en de uitkering van claims.
Case: brand waarbij asbest is vrijgekomen
Natalie Vloemans schetste een op het oog simpele case: bij een bedrijf op een naast een woonwijk gelegen bedrijventerrein is een werknemer van een installatiebedrijf bezig met werkzaamheden. Er ontstaat brand en daarbij komen asbestdeeltjes vrij. De deeltjes komen ook in de woonwijk terecht. En nu? Welke stappen moet je als organisatie nemen bij een dergelijke calamiteit? Wat zijn de juridische gevolgen?
In geval van een calamiteit
In geval van een calamiteit doen zich de volgende vragen voor:
Jan Warning (IAS) en Natalie Vloemans (Ploum)
De juridische kant van de zaak
Juridisch gezien is er in de eerste plaats een aantal civielrechtelijke aspecten om rekening mee te houden, direct na de calamiteit, maar ook op lange termijn:
Maar ook …
Vooral de bestuursrechtelijke en strafrechtelijke aspecten zijn voor velen een onderbelicht terrein. Ook binnen de NARIM-gemeenschap, stelde Natalie Vloemans.
Zorgplicht en aansprakelijkheden
Elke werkgever heeft een zorgplicht. Zeker als er met gevaarlijke stoffen wordt of is gewerkt. Deze zorgplicht gaat ver. ‘Dat betekent het zorgen voor een veilige werkomgeving met als doel de werknemers te beschermen, ook voor de gevolgen op lange termijn. De zorgplicht gaat uit van risico’s die je kent of had kunnen weten. Dat is afhankelijk van de stand van de wetenschap en de bekende risico’s ten tijde van blootstelling aan de betreffende gevaarlijke stoffen. Dat betekent dat de werkgever een actieve houding moet innemen en dat er aantoonbaar maatregelen genomen moeten zijn tegen de gevaren die op dat moment bekend zijn.’
Wel of geen aansprakelijkheid
De werknemer moet – in geval van ziekte of schade – aantonen dat hij schade heeft geleden en dat deze schade is opgelopen tijdens de uitvoering van de werkzaamheden. De werkgever dient dan aan te tonen dat hij aan de zorgplicht heeft voldaan.
Zo niet, dan is de werkgever aansprakelijk, tenzij er geen causaal verband is. Dat wil zeggen dat de schade ook zou zijn ontstaan indien de werkgever aan de zorgplicht had voldaan. Het aantonen dat aan de zorgplicht is voldaan, is heel lastig, aldus Natalie.
Asbest
Hoe moet worden omgegaan met ziekte als gevolg van asbest is al jaren vaste rechtspraak. In geval van mesothelioom of asbestose worden veel claims afgewikkeld door het IAS, het Instituut Asbestslachtoffers. Dit instituut treedt op voor werknemers die slachtoffer zijn geworden van het werken met asbest en – vaak na jaren – ziek zijn geworden.
Maar er zijn meer gevaarlijke stoffen die jaren later tot ernstige ziektes kunnen leiden. Denk aan de recente ophef over werken met Chroom-6. Hoe zit het dan? Steeds weer draait de discussie om twee vragen, maakte Natalie duidelijk:
Mogelijk nieuw risico: de effecten van de luchtkwaliteit in vliegtuigcabines
Vloemans noemde het voorbeeld van zogenaamde TCP’s in de cabines van vliegtuigen. Is er een direct verband tussen gezondheidsklachten van vliegtuigbemanningen en blootstelling aan chemische stoffen via de cabinelucht? Dat is nog niet duidelijk, maar er wordt inmiddels wel uitgebreid onderzoek gedaan naar mogelijke consequenties en de risico’s voor werknemers.
Voor de muziek uitlopen
‘Je dient als bedrijf voor de muziek uit te lopen. Het nemen van (voorzorgs)maatregelen gaat ver. Argumenten als: anderen deden het net zo en de overheid heeft niks gemeld, zijn niet goed genoeg. Nu al is bekend dat er schadelijke invloeden zijn van het gebruik van mobiele apparaten. De effecten op lange termijn zijn nog niet bekend. Maar het betekent wel dat er nu al onderzoek wordt gedaan naar alle mogelijke risico's zonder te weten welke effecten deze risico’s zouden kunnen hebben.’
Stel het belang van werknemers voorop
Doet zich een calamiteit voor, stel dan het belang van de werknemers voorop. ‘Een calamiteit kan enorme imagoschade opleveren, ook naar je werknemers. Wat als die het vertrouwen in jouw bedrijf kwijt zijn? Dat kan jaren blijven doorgaan.’
Ook het omgaan met de autoriteiten en de publicitaire effecten zijn in geval van een calamiteit van groot belang. ‘Koppel een advocaat aan de mensen van communicatie, is mijn advies. Maar neem in de eerste plaats je verantwoordelijkheid als werkgever, hoewel dat niet hetzelfde is als het erkennen van aansprakelijkheid. Een uitkering uit coulance aan mensen die schade hebben geleden kan goed werken, maar dit hoeft geen voorschot te zijn op een latere uitkering in geval van aansprakelijkheid.’ Deze scheidslijn is dun, erkent Vloemans. ‘Bovendien is niet iedereen redelijk in dit spel. Belangrijk is voor je werknemers te staan.’
Dossiervorming en een lange bewaartermijn
Verder is de dossiervorming van groot belang. ‘In geval van asbest moet je vaak jaren terug in de tijd en zijn veel gegevens niet meer te achterhalen. Bewaar gegevens geen dertig jaar, zoals de wettelijke termijn is, maar langer. Bijvoorbeeld vijftig jaar. Als iemand over vele jaren ziek blijkt te zijn en een claim indient, heb je in elk geval zoveel mogelijk informatie. Dit geldt overigens ook voor werknemers die hebben gewerkt met gevaarlijke stoffen. Bouw ook zelf aan een dossier. Het kan je vele jaren later goed van pas komen.’
Lees ook het interview met Jan Warning, directeur Instituut Asbestslachtoffers (IAS) >>